Dat kun je wel zien – dat is zij!

juli 11, 2008 by

en daarom zingen wij blij

ZIJ LEEE-VEN LANG HOEERRRAA HOEEERRRA

ZIJ LEEEE-VEN LANG HOERRRAAA HOEERRRRAAAA

ZIJ LEEEEEE-VEN LANG HOE-RA HOE-RA

Miriam; van deze (natte) kant van de aardbol; van harte proficiat van alle (!) factor-tachtigers-en-toebehoren.. maak er (alweer) een mooie dag van!

enne…schoonheid komt met de jaren 😉

Nasca, Arequipa en Colca Vallei

juli 10, 2008 by

Peru heeft kent vele geheimen. Zo zijn er in Nasca de ´Nasca-lines´. Enorme tekeningen van onder andere beesten (b.v. een aap, hond, spin, salamander, vogel etc) in de woestijn. Deze tekeningen zijn alleen te zien van bovenaf. Als je eroverheen vliegt dus.

Ook wij waren in Nasca. Helaas wel tijdens het toeristisch hoogseizoen. Dit betekent dat alle vliegtuigjes volgeboekt zijn en dat groepen (reisgezelschappen die vooraf geboekt hebben) voorrang hebben bij de vluchten. Toch beproeven we ons geluk. We hebben tenslotte al zoveel geluk gehad tijdens de reis, dat vliegen zal ook wel lukken, en blijven twee dagen in Nasca.

Helaas. We zouden wel vliegen… Met zijn tweeën, toen apart van elkaar, toen niet, toen toch weer wel, toch weer niet en toen we de moed opgaven, kwam er een auto voorrijden. Die zou ons naar het vliegveld brengen (joepie). Om even later toch maar niet te vertrekken met duo Martens…

Die lijnen… die waren niet voor ons bestemd! Maar waar waren de lijnen dan wel voor bestemd? Niemand die het met zekerheid weet! Men denkt dat Inca´s ze hebben aangebracht. De plaatsen waar de beesten te zien zijn, waren misschien plaatsen waar water te vinden was. De lange lijnen geven wellicht de richtingen aan van zon en maan. Zo ontstond een astrologische kalender waardoor nauwkeurig te bepalen was wanneer gezaaid en geoogst moest worden. Dat is de verklaring die archeologen geven.

Ook zijn er mensen die geloven dat buitenaardse wezens de lijnen hebben achtergelaten. Ha, ha… Lelijke apen van Mars zeker 😉

Omdat we niet kunnen vliegen bekijken we een figuur vanuit een uitkijktoren. Tju, ze zijn kleiner dan we verwachtte. Als je over Jeroen zijn rechterschouder (voor de kijker) kijkt zie je een klein stukje ´boom´.

Ook doen we een 4×4-tripje naar de duinen om te sandboarden (zie vorige posting). Onderweg komen we langs veel skeletten. Overal liggen botten, haren en stukjes vergane kledij. Het blijkt te gaan over een pre-Inca begraafplaats. Men geloofde vroeger dat doden naar een volgend leven gingen. Ze werden dan ook gebalsemed begraven in prachtige kledij. Vaak zittend, samen met de familie, in een tombe vol offergaven. Rovers stalen alle waardevolle ´schatten´. Vandaar dat de graven niet meer bestaan in oorspronkelijke vorm. Wel zie je overal skeletten in de buurt van oude begraafplaatsen. Een beetje luguber inderdaad!

Vanuit Nasca reizen we, met een nachtbus naar Arequipa. Het reizen in Peru is van een andere orde dan het reizen in Azië!! We zitten comfortabel in vliegtuigstoelen en de hostess brengt´s ochtends een ontbijtje. Prima! Wel krijg je een vaag onderbuik gevoel bij het instappen van de bus. De passagiers worden namelijk allemaal gefilmd. Een veiligheidsvoorschrift? Zo weet men wie er allemaal is ingestapt (hopelijk kunnen jullie onze Woody Woodpacker imitatie waarderen in het geval we niet terugkomen 😉 )

Arequipa is een mooie stad. Prachtige koloniale gebouwen zijn hier her en der te vinden. Het centrale plein is erg levendig en wordt afgebakend door een grootse kathedraal en prachtige wandelgangen. We bezoeken een klooster waar de nonnen het wel erg goed hadden. Zij kwamen uit welgestelde Spaanse families en konden tot vier eigen bedienden meebrengen! In het klooster leefden zij in enorme luxe (voor die tijd).

We besluiten om, vanuit Arequipa, een trip naar de Colca Vallei te boeken. De Colca vallei is een prachtige vallei in het Andes gebergte met aan beide zijden van de rivier enorm veel (pre) Inca terrassen.

Twee dagen zijn we onderdeel van een ´reisgezelschap-in-busje-met-gids´. We doen onze ogen en oren goed te kost. Onze gids Omar vertelt gepassioneerd over ´zijn land´, de zeden en gewoonten. Hij is een bron aan informatie. Echt het type ´wandelende encyclopedie´. Maar wel één met enorme vertel-kwaliteiten. Jee, wat weet die jongen veel! En wat kan hij er interressant en mooi over vertellen.

Ook genieten we enorm (wat klinkt dat bejaard zeg) van de prachtige vergezichten. Overal zijn terrassen, vulkanen, bergen. Het landschap is ruig. De lucht knalblauw en hoe hoger we komen (we verblijven inmiddels al op 3800 meter hoogte)… hoe moeilijker het wordt om adem te halen. We moeten rustig lopen en diep ademhalen aldus Omar. Ook helpt het om Coca blaadjes te kauwen (of thee van de blaadjes te drinken). En aangezien we aardig licht in het hoofd zijn geworden, zijn we overtuigd. We doen rustig aan!

Verder zien we werkelijk overal prachtig geklede dames. Hier loopt het grootste deel van de (vrouwelijke) bevolking nog in authentieke kledij. De dames zijn echt schitterend om te zien! Op toeristische -stops- verkopen ze souvenirs en betaal je een klein bedrag (20 eurocent) voor een foto.

Maar gewoon op straat loopt ook iedereen er zo prachtig verkleed bij… En als je dan een foto maakt, vraagt niemand om geld.

Maar de meeste bezoekers komen naar de Colca vallei om de koning van de Andes te zien: de condor. In de ochtend cirkelt de condor boven de Colca Canyon, gebruik makend van de thermiek. De Colca Canyon is het diepste ravijn ter wereld, met een gemiddelde diepte van 3400 meter over een lengte van 100 kilometer.

Vanaf grote hoogte verkend de condor de canyon, op zoek naar dode dieren.

De condor jaagt namelijk alleen in uiterste nood (door koeien en lamas de stuipen op het lijf te jagen door heftig met de vleugels te wapperen en hen het ravijn in te loodsen).

Na twee dagen vroeg uit de veren en zonder ergens over na te hoeven denken, gaan we weer terug in Arequipa. Verrassend te merken hoe snel we zijn gewend aan de hoogte. De duizeligheid is verdwenen en we hebben zelfs nog energie over voor een klein sprongetje.

Tourism stops

juli 10, 2008 by

Het was al aangekondigd: de nationale staking in Peru. Protest tegen de hoge olieprijs, protest tegen privatisering, protest tegen de uitbuiting van de gewone man (Juan Modalos). Kortom: nationale protestdag tegen alles van de Peruaanse portemonnee raakt. In Latijns Amerika betekent dat, dat het normale leven plat komt te liggen voor een aantal dagen. Drie dagen van protest, waarbij woensdag echt alles plat gaat.

Onze gids van onze trip naar de Colca Valley garandeerde ons echter dat het toerisme nooit stopt. “Tourism never stops, do not worry my friend”. Dat deden we dus ook niet. Vol goede moed gaan we dinsdagavond naar het busstation om onze nachtbus te halen. Bij het busstation blijkt dat de Juan Modalos lak heeft aan het toerisme. De bus gaat niet. Heel toevallig verschijnt onze gids ook op het busstation. Hij gaat naar Lima en die bus gaat wel. Gelukkig is onze gids best bereid om te proberen om een mini-bus te regelen.

 

Op het station staan ook enkele toeristen die morgenvroeg in Cuzco moeten zijn. Zij gaan de beroemde Inca-trail lopen. Ze hebben er vet voor betaald en als ze niet verschijnen is hun aanbetaling van 100% verloren (a $ 250 tot $ 500 per persoon). Zij hebben er dus best wat voor over om op tijd in Cuzco te komen. Bij ons is de druk wat minder. Het reisbureau had tegen de afspraken in verzuimd om treinkaartjes naar Machu Pichu voor ons te boeken, dus we hebben geen tijdslimiet. Het is hooguit vervelend dat we nog een dag in Arequipa moeten verblijven. Na een kwartier blijkt dat het niet mogelijk is om per mini-bus te reizen. Het is te gevaarlijk.

Na wat chaotische taferelen slagen we erin ons geld voor de nachtbus terug te krijgen en een andere bus te boeken die de volgende avond vertrekt. We moeten wel morgen nog even de tickets op komen halen, want de computer om onze reservering te bevestigen staat al uit. Samen met twee Duitse vakantiegangers die onze Colca Valley groep zaten, Iven en Katarina,  gaan we weer terug naar ons hotel.

De volgende ochtend is er weinig verkeer op straat. Wel veel protestgroepen. De ene groep is nog niet voorbij, of de volgende komt alweer voorbij. Op het centrale plein in de stad lijken alle groepen samen te komen. Het gaat er allemaal vreedzaam aan toe. De mobiele eenheid, of hoe die hier ook moge heten (unita mobila?) hoeft niet uit te rukken. Rond een uur of drie is de rust weer weergekeerd in de stad en op het centrale plein. Het is zelfs opmerkelijk rustig.

In de namiddag gaan we met Iven en Katarina naar het busstation. Er heerst een raar sfeertje. Er rijden sporadisch taxis, terwijl er op een normale dag toch 22.000 (!) rondrijden. Oogluikend wordt door de protestanten toegestaan dat er taxis rijden. Het lukt ons om een taxi aan te houden. De taxichauffeur vraagt of we bang zijn. Dat zijn we niet. Hij geeft aan dat soms de ramen van passerende taxis die wel durven te rijden sneuvelen. Dat is gelukkig niet het geval. Als we de taxichauffeur vertellen dat we niet uit de Verenigde Staten komen zegt hij dat er niet veel zal gebeuren. Wel neemt hij een sluiproute door de stad, ver weg van laatste stakingsacties. We zien we de “schade” van vanochtend. Overal liggen stenen op straat en her en der liggen asresten. Op de autoradio is president Garcia te horen.  Geweld is geen oplossing geeft hij aan. Gelukkig lijken de Peruanen daaraan gehoor te geven.

Veilig bereiken we het uitgestorven busstation. Als we na het ophalen van onze bustickets terug naar de taxi lopen, is deze verdwenen. Waarschijnlijk is hem vriendelijk doch dringend verzocht te vertrekken door de intimiderende stakers aan de poort van het busstation. Even later zitten we weer in een andere taxi. Vreemd genoeg berekend de chauffeur net als de vorige taxichauffeur geen woekerprijs of risico opslag. Ondanks dat het feit dat ook het toerisme een dagje aan de protesten moet geloven, hebben we weer een interssante dag achter de rug. Hopelijk rijdt de bus vanavond.

Surfdudes (of sleetje-rijders)

juli 6, 2008 by

Voor de tweede keer deze reis hangen we de surfdude uit. Dit keer niet aan zee, maar in de woestijn. Grote voordeel hiervan is dat er minder toeschouwers zijn, voor het geval het misgaat. En als het misgaat, dat gaat het hier ook goed mis, getuige de overblijfselen van onze voorgangers.

En was Jeroen in Nieuw Zeeland nog de enige su(r)fdude van ons twee. Na alle enthousiaste verhalen van ´surfdude in Oceanië´ wilde ook Miriam graag een keer proberen…

Gelukkig loopt het allemaal goed af. Opgelucht verlaten we de piste.

Groeten uit Luik (euh, Lima)

juli 3, 2008 by

Inmiddels zijn we al een dag in Lima. Druk aan het bekomen van onze jetlag (wat helaas nog niet zo lukt). Het eerste wat opvalt, is dat ze in Zuid Amerika aan de verkeerde kant van de weg rijden, net als in Nederland. Na 4,5 maand in landen reizen, waar ze aan de linkerkant van de weg rijden, ziet dit er toch een beetje raar uit. Wie had dat ooit gedacht…

Gisteren aten we bij een lokaal restaurantje. Toen het eten kwam (erg spannend want ons Spaans laat nog wel wat te wensen over) bleek dat we bij de Chinees zaten. Ha, ha! Dat hadden we al lang niet meer gegeten. Dat was al zeker een dag geleden. Overigens is het minder vreemd dan het lijkt. Want een chifa (Chinees restaurant) is typisch voor Peru. De Chinezen waren immers de voorvaderen van de Indianen.

Lima is niet onze stad. Al voelen we ons er heus wel veilig… (?) Er lopen immers enorm veel gewapende agenten en alle ramen zijn voorzien van tralies. Ook worden we door aardige Limatianen regelmatig gewaarschuwd voor oplichting. We vertrouwen inmiddels zelfs elkaar al bijna niet meer 😉

Geld zit verspreid over alle (broek) zakken. En Jeroen heeft ´secret pockets´ in zijn broeken. En daar zitten dan natuurlijk geen familiejuwelen verstopt! Wel een bankpas en wat reserve dollars voor het geval dat… 

Ook worden aangenomen & uitgegeven bankbiljetten gecontroleerd op echtheid. Een tip van de taxichauffeur. Het blijkt een gangbare truc om toeristen op te lichten door ze te betichten van ´vals geld´. Door zelf het geld te controleren dienen oplichters met een creatiever verhaal komen…

Dit alles is trouwens niet Lima specifiek. Het is meer iets voor Zuid Amerika.

We moeten dus nog een beetje wennen. Al valt er aan kale kippen (the chickens Martens) natuurlijk niet veel te plukken. Al onze waardevolle `extra´s` zijn namelijk met Carolien en Nicole mee terug naar Nederland gegaan. Daaaaaag laptop, MP3 speler, extra bankpassen en Leatherman. Tot over een maand! Mochten de postings uitblijven, dan weet je dus meteen dat de internetcafé´s gesloten waren!

Och, we zijn nog een beetje wantrouwig. Zeker na Azie waar ´love, peace &  happiness´ hoog in het vaandel staat. Oplichten betekent daar dat je als toerist gewoon wat meer betaalt. Niet (vaak) dat iemand je op een vervelende manier overvalt of berooft. Dat soort verhalen hoor je eigenlijk vooral over Zuid Amerika. We zijn dus nogal achterdochtig.

Al zijn we trouwens wel bestolen in Azië! Tijdens onze vroege snorkeltrip op de Perhentian ging er een local*/toerist*/lelijke apekop*/haai* met Carolien en Miriam haar badslippers vandoor. Die zal hij*/zij* wel heel hard nodig gehad hebben! Was niet zo lief (peach, love & hapiness) van hem of haar!

Afijn, Lima. Het is gewoon niet zo´n mooie stad. Allereerst hangt er een grauwe mistsluier boven de stad. Volgens onze reisgids van april tot oktober… De lucht is hier spierwit. Verder lijkt Lima een beetje op een willekeurige Belgische industriestad (met op iedere hoek van de straat een gewapende politieagent dat wel). Troosteloze straten zonder bomen,  weinig groen en een welriekende pislucht. Dan hadden we dus net zo goed naar Luik kunnen reizen 😉

Al vonden we vanmiddag ineens wel mooie plekjes in het centrum. Geweldig kollosale gebouwen en kerken. Ook hoor je hier regelmatig een vlaag passionele muziek. Want voor wie het nog niet wist; Zuid Amerika swingt! Dat belooft dus nog wel een swingend spectakel (let us ´Jeroenen´).

Tot slot zijn er winkels waar ze malle mutsjes voor voor weinig verkopen. Nog iemand interesse? Mim showt u de laatste ´mutsenmode`. Geweldige incamotieven met speelse pompoenen!

Och, morgen verlaten we Lima alweer en gaan op weg naar mooiere oorden. Hopelijk stappen we niet te vroeg uit…

 

Eueueuh… Guatamala??

juli 1, 2008 by

Als Nicole ons verlaten heeft slapen we nog een één nachtje in het poepie sjieke hotel. Wel met zijn drieen op een kamer (ssssst niet verder vertellen 😉 ) De volgende dag nemen we de (gratis) shuttle bus naar het centrum van KL. We gaan weer terug naar het ‘backpackers-niveau’ en zoeken een hotelletje in China town.

Met het hotel is niks mis. De kamer is schoon en de bedjes zijn comfortabel. Maar toch… Na twee nachten mega-verwennerij is het net of we in een of ander shabby kamertje liggen. Tja,…

Samen met Carolien doen we nog wat sightseeing (jumping @ Petronas towers) en inkopen in Kuala Lumpur. En dan, na dit laatste dagje met ons vriendinnetje, zwaaien we ook Carolien uit. Daaaaag, tot over een maand!

Dan vroeg naar bed. Morgen ondernemen we namelijk een reis, van meer dan 30 uur, naar Zuid Amerika. Jeroen kwam erachter dat je, door flink veel overstappen, behoorlijk wat geld kunt besparen. Maarja, dat betekent dus wel een flinke tijdsinvestering. En tijd… die hebben we! Nog een hele maand voordat we weer naar Nederland vertrekken.

´s Ochtends, na het ontbijt, vertrekken we voor de laatste etappe van onze reis: Peru & Bolvia. Vanuit Kuala Lumpur vliegen we naar Taipei. Dan Taipei-Los Angles. Los Angles-San Salvador. En tot slot San Salvador-Lima. Een flinke trip. Door alle tijdzones die we passeren weten we niet precies hoe lang we moeten reizen. Wel dat we ondanks de 30+ uur vliegen maar een halve dag later aankomen. We winnen namelijk, net als Phileas Fogg in ´Reis om de wereld in 80 dagen´ 1 dag door van west naar oost te vliegen.

Op het vliegveld in Kuala Lumpur vraagt men naar ons uitgeprinte reisschema. Dat hebben we niet… We hebben e-tickets en het reisschema daarom in ons ´erg belangrijke dingen boekje´ opgeschreven. Maar dit blijkt niet genoeg. De baliemedewerker legt uit dat hij problemen verwacht in LA als we geen uitgeprint schema hebben. Onze´vrienden´in Amerika doen wel vaker moeilijk… Zijn luchtvaartmaatschappij wordt, bij problemen, aansprakelijk gesteld. Dat zou 3000 dollar per persoon gaan kosten. Hij overlegt even met z´n collega. Nee, we moeten echt een printje hebben…

Omdat hij ook niet weet waar we kunnen printen, neemt hij ons mee naar het kantorengedeelte van het vliegveld. Via lange ziekenhuisachtige gangen, bereiken we uiteindelijk het kantoortje van China Airlines. Hier mogen we onze printjes maken. Ondertussen zoekt een andere collega uit of hij kan regelen dat we onze rugzakken in LA niet van de band te hoeven. En jawel, na enig zoekwerk vertelt hij dat het is gelukt. Wat een service!!!

Met prints van al onze e-tickets gaan we weer terug naar de incheckbalie. Daar worden onze rugzakken dubbel gelabeld (destination Lima) en krijgen we de tickets voor de eerste etappes van onze trip die we met China Airlines doen.

Eenmaal in het vliegtuig komt de stewardess naar ons toe. Ze heeft twee nieuwe tickets voor het traject Taipei-Los Angles. De baliemedewerker heeft ontdekt dat we niet naast elkaar zitten op de volgende vlucht en heeft daarom nieuwe tickets voor ons geprint met stoelen naast elkaar.

In Taipei moeten we vier uur wachten op onze volgende vlucht. Gelukkig beschikt het vliegveld over erg comfortabele banken (formaatje bed). We doen dan ook heerlijk een dutje. Wel jammer dat we daardoor de ´Hello Kitty´ terminal niet kunnen bezoeken vind Miriam hi, hi.

Eenmaal aan boord van de vlucht Taipei-Los Angles (10 uur) blijkt dat de baliemedewerker van China Airlines ons niet alleen stoelen naast elkaar heeft gegeven,… ook hebben we beiden ruim een meter aan beenruimte. We zitten namelijk bij de nooduitgang zonder stoelen voor ons. Na de 1e klasse zijn dit de beste plaatsen in het vliegtuig!

***

<<Thank you mr. China airlines for your great service and more than excellent seats! We really, really enjoyed them!!!>>

***

In LA moeten we, tot onze verbazing, wel door de douane. Ook moeten we onze bagage van de band halen. Ookal is die doorgelabeld naar Lima. Zouden we nu ook ons gedetailleerd geprinte reisschema moeten overleggen?

Maar het valt mee! De douane beamte heeft erg goede zin. ´How are we doing today?´lacht hij als hij onze vingerafdrukken en foto´s neemt. En als we onze bagage van de band halen, mogen we die meteen weer bij een volgend loket inleveren. Het blijven rare jongens die Amerikanen! 😉

Dan vliegen we naar San Salvador. Jee, het zit echt mee vandaag! Helemaal nergens vertraging. We komen in San Salvador zelfs een uur te vroeg aan! We lopen op ons gemakje naar de gate voor onze (laatste) aansluitende vlucht. We lezen een boekje, doen een puzzeltje en verbazen ons om de rust. Het is namelijk heel rustig. Te rustig?

Als we na een poosje toch maar even naar onze vlucht gaan vragen (er zijn hier geen elektronische borden) blijken we de vlucht gemist te hebben!! Maar hoe kan dat nou? We moesten om 08:30 uur inchecken en het is pas 07:45 uur!

We worden doorverwezen naar de balie van Taca (de vliegtuigmaatschappij). En het kwartje valt pas als de aardige medewerkster verbaasd vraagt´but why did you get off the plane in Guatamala?´. Eueueueuh,… Guatamala? Is dit niet San Salvador dan? Nondekanonne wat een ontzettend stomme fout! Wat nu?

En ook hier treffen we een ontzettend aardige vliegtuigmaatschappij medewerkster. We worden zonder problemen -kosteloos-(!!) omgeboekt. Inmiddels is ook haar baas druk aan het bellen. Om 12:00 uur vliegen we naar San Jose en vandaar uit naar Lima. En om ons helemaal gerust te stellen… Onze bagage is in Guatamala (vreemd genoeg) ook van boord gehaald. En gaat nu gewoon met onze nieuwe vluchten mee!!

Op 29 juni, na 44 uur reizen, landen we om 20:15 op Lima. Onze ´pickup´is de kluts kwijt geraakt en heeft het vliegveld inmiddels verlaten. Gelukkig komt ie na een telefoontje snel weer terug. En hij brengt ons veilig naar een gezellig guesthouse met warme douche. Ontzettend moe ploffen we op bed neer. Tju, wat een avontuur weer!  

 

Haai, daar zijn we weer

juni 27, 2008 by

 

 

Afgelopen vier dagen brachten we, samen met Carolien en Nicole, door op de Perhentian Islands. We waren hier al eerder tijdens onze huwelijksreis (vier jaar geleden). De eilanden, witte stranden, blauwe zee en het snorkellandschap lieten toen een onwisbare indruk op ons achter. We wisten dan ook zeker: hier komen we nog een keer terug! En ondanks de aantasting van het koraal door El Niño in de tussentijd (de sterke opwarming van het zeewater zorgde ervoor dat veel koraal verbleekte 😦 ) zijn de eilanden nog altijd een van de beste snorkel- en duiklocaties ter wereld. De zee zit vol felgekleurde visjes, schilpadden en… HAAIEN!!! ‘Haaaai hier zijn we weer’ 🙂

Vier dagen lang doen we niet veel meer dan snorkelen, eten, Rummikub spelen, boekjes lezen en relaxen. En natuurlijk proberen we alle heerlijke sapjes van de menukaart uit 🙂 Ook wij vinden het erg jammer dat het Nederlands elftal verliest van Rusland. We zitten met zijn vieren, volledig in oranje, te turen naar een piepklein tv-tje in het restaurant. We mogen geen geluid maken. Het is namelijk 02:45 uur, lokale tijd, en de ober en zijn kinderen slapen midden in datzelfde restaurant. Het blijkt best lastig om te kijken zonder een enkele kik te slaken. Zeker na de gelijkmaker door van Nistelrooij! Maar gelukkig, voor de slapende familie in het restaurant, blijft de overwinnings-polonaise uit… Balen!

Jeroen wil tijdens ons verblijf op de Pherintian een ‘introductieduik’ maken. Zijn geplande ‘zeedoop’ wordt echter op het laatste moment afgelast. En later duiken kan niet, want we vliegen de volgende dag weer terug (er moet 24 uur tussen het duiken en vliegen zitten in verband met luchtbelletjes in je bloed). Gelukkig vindt hij net op tijd een alternatief adres. En na de uiterst minime instructie kan hij met een instructeur het water in. Bubbel de bubbel… Conclusie? Erg leuk, maar snorkelen is zeker zo leuk. Want ook dan zijn de haaien, schildpadden, clownsvisjes en een heel scala aan andere vissen goed te zien. Klik hier voor een foto-impessie van onze snorkeltrip.

De eerste keer dat we een haai ‘spotten’ schrikken we trouwens enorm. WOW… onze hartslag schiet stijl omhoog. Wat is dat beest groot! Wat is dat beest snel! Wat is dat beest ENG!!! We snorkelen in ondiep water en komen hem steeds weer tegen. Er zitten zelfs meerdere haaien want we zien er ineens nóg twee… Gedverderrie. Snorkelen we ineens met de tune van ‘Jaws’! Gelukkig blijken de haaien ‘haaaaai daar ben ik alweer’ geen enkele interesse in ons te tonen. Waarschijnlijk hebben ze zich net tegoed gedaan aan een andere toeristenkluif 😉 Bij een volgende ontmoeting ‘haaaaaaaai’ snorkelen we dan ook hard achter een exemplaar aan. We willen een foto! De foto die je op Picasa ziet is van de jongste telg uit de familie. Want natuurlijk waren de exemplaren die wij hier ‘live’ tegenkwamen nog veel groter! En sneller en enger…

Na het heerlijke verblijf op de Perhentian Islands komt aan alle luxe (gelukkig) nog geen einde… Nicole heeft namelijk ‘wat’ voor ons geregeld. We verblijven twee nachten in een uiterst luxueus 5-sterren hotel. Normaal natuurlijk onmogelijk met ons budget!

Zo luxe hebben we zelden in ons leven geslapen. We liggen op heerlijke zachte bedden met enorme kussens waarin je diep wegzinkt. Ontspannen zappen we een beetje langs de filmkanalen en zetten een kopje ‘in room thee’. Jeroen voelt zich als een directeur achter het bureau waar hij de blog voorbereid. ‘Miriam, koffie graag!’

Ook het ontbijtbuffet is een waar feest. Fruit, yoghurt, noten, vers gebakken brood (met kaas!), jams en ongelooflijk heerlijk banket. Wie verzint het nou om taart te serveren bij ontbijt? Er is een hele afdeling ‘zoet’ met cake, taartjes en (huisgemaakte) meuslibars. Maar ook nasi, roti, curry, mie… we staan voor een buffet waar je (kwijlend) je ogen uitkijkt 🙂

Drie koks sloven zich uit om het de gasten naar de zin te maken. Zo wordt bijvoorbeeld Jeroen zijn omelette met de door hem aangewezen ingrediënten, gebakken waar we bij staan. Een omelette a la carte!

Het zwembad van het hotel heeft formaatje binnenzee en de vijver met Koikarpers zou zo in Australian Zoo thuis kunnen horen.

Wat een luxe, wat een feest. En uiteindelijk blijkt het dan toch te bestaan in Azië: een goed afgewerkte en functionerende badkamer met voldoende beenruimte. Hier vinden we geen mandi maar een megagroot bad met heerlijke cremepjes, shampootjes, zeepjes en doucheschuim. Enorme handdoeken liggen op ons te wachten. De douche is heet, de airco koud en het leven heerlijk 🙂

Als Nicole, samen met alle andere blonde KLM stewardessen, naar Nederland vertrekt blijven we dan ook een beetje ‘onthand’ achter. Het diner, in het clubhuis van de golfclub die bij het hotel hoort, smaakt toch anders… En het lijkt net of alle sfeer, zonder haar, verdwenen is 😉

ok mooi:

Paulus and friends

juni 23, 2008 by

…dus Jeroen en Mim denken dat die foto oud is! Er zijn een paar mensen die wel beter weten! 🙂

Groeten Carolien

Kabouters, Carolien, Nicole, Ui en Durian

juni 21, 2008 by

Joepie, we hebben bezoek! Carolien heeft een hele week vrij genomen om ons op te zoeken :-)). Nicole, de blonde KLM stewardes (en partner van Carolien) is er ook. Of moeten we zeggen ook weer? Want we hadden al een keer een ‘date’ met Nicole. Toen vloog ze op Bangkok. Nu heeft ze, speciaal voor de gelegenheid, Kuala Lumpur aangevraagd. En omdat alles precies in elkaar valt zoals we willen… kunnen we met onze vriendinnen een kleine week dubbeldaten!

Vanmorgen vertrokken we vanaf een paradijselijk tropisch eilandje in Aceh. Met minibus, ferry, taxi, vliegtuig en touringcar reizen we naar Kuala Lumpur. Nicole en Carolien zijn er al en via de sms spreken we af bij ‘de Starbucks’ op Starhill.

Helaas was er afgelopen nacht, op ons paradijselijk tropisch eilandje, geen stroom. Dat betekent geen fan, geen airco en een snikheet bedje. Ook ontbrak het ons (helaas helaas) aan stromend water. En het was er zo basic dat we inmiddels ook weten hoe je je billen schoon veegt zonder toiletpapier (satesaus bij?). Tot slot stond, vanmorgen in alle vroegte, de taxichauffeur op de deur te rammelen (06:10 uur). Hij had op de parkeerplaats geslapen zodat hij zeker op tijd was voor zijn klandizie. Een beetje ‘onthand’ probeerde we dus zo snel mogelijk onze spullen bij elkaar te zoeken. Lekker met de mandi, in het donker, douchen schoot er dus bij-in…

Tel bij ‘een beetje zweterig’ en ‘niet helemaal fris’ ook een afthans busje, volle ferry en errug warme auto op en je hebt twee wereldreizigers die de geur verspreiden van een riekende ui en overrijpe durian.

Dikkie Dik loopt op het vliegveld. Het ruikt er niet erg fris. Voor hem lopen Ui en Durian. ‘Hallo Dikkie Dik’ roepen ze. ‘Hallo’ zegt Dikkie Dik terwijl hij zijn neus dicht houdt. ‘Wil je straks naast ons zitten in het vliegtuig?’ vraagt Ui. Dat wil Dikkie Dik niet. Hij gaat, net als alle andere mensen in het vliegtuig, zo ver mogelijk van Ui en Durian vandaan zitten. Een beetje verdrietig kijken Ui en Durian om zich heen. ‘Waarom vindt niemand ons aardig?’

We wisten elkaar niet meteen te vinden in Kuala Lumpur. Op Starhill zitten namelijk zo’n vijf verschillende Starbucks vestigingen… Maar even met je armen wapperen verandert een boel. De mensen menigte wijkt uit elkaar en daar staan onze vriendinnen!

Carolien blijkt een hele rugzak vol ‘goodies’ bij zich te hebben. Maar liefst vijf verschillende kranten, de allernieuwste Autoweek, een autoweekpakket met Revu en Sportweek, een Viva en een smulverpakking ‘Snelle Jelles’.

Dan komen er ineens ook twee echte cadeau’s uit haar tas. ALARM!!! De pakjes hebben toch niet de vorm van een kabouter? In Bangkok ontvingen we namelijk, toen we incheckten bij ons allereerste guesthouse, de k-kabouter van de receptioniste. Hadden de dames even leuk voor ons geregeld. De kaboutertrofee is met Jos teruggegaan naar Nederland zodat we Carolien weer een keer kunnen verrassen (zij ontving hem de laatste keer van de notaris toen ze het koopcontract van haar huis tekende). Jos zou toch niet? Maar nee, deze pakjes zijn plat en zacht.

Nieuwsgierig scheuren we het papier open en vinden beiden een t-shirt. En ja hoor! Op het shirt prijkt de hele kabouter verzameling. Gelukkig gemaakt van een oude foto. Onze Jos is niet gezwicht en de k-kabouter staat nu waarschijnlijk nog gewoon bij hem in de tuin.

Natuurlijk gaan de shirts meteen aan. En met wat extra sterke deo uit de nood-kit van Carolien worden Durian en Ui omgetoverd in twee Appelfrisse vrienden. Snel gaan we met z’n vieren op zoek naar een lekkere (knoflook)maaltijd.

Bukit Lawang is leuk, erg leuk

juni 20, 2008 by

Bukit Lawang is leuk, erg leuk. Een verzameling guesthouses ligt aan de oevers van een heldere snelstromende rivier die zo uit de jungle lijkt te komen. Indiana Jones bruggetjes brengen je van de ene naar de andere kant. De eerste avond vervloekten we een van de bruggen nog. Backpackers zijn te kollesaal om de brug ‘in vol ornaat’ over te steken. Jeroen moest op zijn knieen door de lage bogen tijgeren. Dat er een gedeelte van de handreling ontbrak, hielp ook niet echt. Maar als het licht is, blijkt Bukit Lawang ineens erg charmant. En er blijken ook stevige bruggen aanwezig 😉

Het leven speelt zich hier rondom de rivier af. Kinderen zwemmen, moeders doen de was en ’s avonds neemt iedereen een verfrissend bad. Ook wij laten ons graag door het groen/blauwe water verleiden. Samen met Narelle en Cambell, een Australisch/Iers stel dat we eerder bij Lake Toba ontmoette, dobberen we heerlijk in de verfrissende rivier.

Kinderen vragen de aandacht. ‘Look mister, One – Two – Three’. Ze springen van een hoge rots in het water en laten zich een stukje meesleuren met de stroming. ‘Now you try’. Jeroen en Cambell klauteren moedig een van de rotsen op. Die kleintjes zijn wel erg dapper want ‘onze bikkels’ vinden het halverwege toch al best hoog… ‘One – Two – Three’ -PLONS-. Gejoel door de toeschouwers. We vermaken ons prima!

In Bukit Lawang hangt een positieve sfeer. Iedereen groet je met een gulle lach. Men is hier blij met toeristen. In 2003, een jaar voor de Sunami, vond hier al een grote overstroming plaats. 280 mensen vonden de dood en de gehele toeristische infrastructuur spoelde weg. Inmiddels zijn de meeste guesthouses herbouwd en komen de toeristen terug. Helaas nog niet in heel grote getalen. Zo hebben 70 van de 100 Oerang Oetang gidsen bijvoorbeeld een nieuwe baan moeten zoeken…

’s Avonds staat er een ‘dubbeldate-pizza’ op het programma. Een welkome afwisseling na vele dagen Aziatisch eten. We verheugen ons dan ook erg op de menukaart van ‘Tony’s pizzeria’. Tony vertelt echter dat er geen pizza is. Ook kan er geen pasta geserveerd worden, de saus is namelijk op. We vragen wat er wel beschikbaar is van het menu. Nou, men kan ons natuurlijk wel een lekker bordje Nasi of Mie Goreng serveren!

We kiezen maar weer (lachend) voor nasi en maken plannen voor de volgende dag. We willen, samen met Narelle en Cambell, gaan ‘tuben’. Het is echt ontzettend heet in Bukit Lawang en de rivier is heerlijk verfrissend. Daar willen we graag uitgebreid gebruik van maken. Mudih kan het tuben wel voor ons regelen. Een vriend van hem zal met ons meegaan als gids. Maar dan biedt ook een tweede ‘tube-optie’ aan. De route wordt, bij optie twee, een uurtje uitgebreid met een lunch. Er worden dan twee kippen boven een kampvuur geroosterd (zijn dat de watjes Martens van de chickentrack?). Als we daarvoor kiezen, gaat Mudih zelf mee. Zijn ogen glimmen en de keuze is dan ook snel gemaakt. We gaan tuben met de ‘chickenlunch’ natuurlijk!

De volgende dag plonzen we om 11:00 uur, in de rivier. Een net, wat in onze binnenbanden gespannen is, zorgt ervoor dat we niet (al te vaak) met onze billen over de stenen op de bodem glijden. We dragen allemaal een short en T-shirt. Mudih heeft een kledingadvies gegeven omdat we langs afgelegen moslimdorpjes zullen tuben. De tocht begint met grote hilariteit als Cambell, midden in het dorp, bij de eerste ‘rapid’ (grote stroomversnelling) kopje onder gaat. De locals aan de oevers vinden het prachtig!

Maar al snel zijn we allemaal volleerde ‘tubers’. Lekker luierend zakken we de rivier af. Dit gaat stukken sneller dan in Laos. Daar moesten we regelmatig meepeddelen. Hier worden we juist getrakteerd op spannende stroomversnellingen a la wildwaterbaan in de Efteling. Een ander verschil is dat er Laos bars aan de zijkant van het ‘parcours’ waren. Als we Bukit Lawang uitzijn, is er helemaal niks toeristisch meer. Wij zijn de enige toeristen die buiten het dorp tuben en zien alleen nog maar jungle, buffels, koeien, geiten, palmbomen, bananenbomen en heel veel locals die aan het wassen, zwemmen en werken zijn in en rond de rivier. Dit is echt tof!

Na anderhalf uur geeft Mudih aan dat we aan wal gaan. Tijd om hout te zoeken voor het kampvuur. Mudih en zijn vriend Erdih hakken ondertussen een flinke bamboeboom om. Daar worden de bbq-attributen van gemaakt. Wij kijken onze ogen uit! De kippen, die Mudih net voor ons vertrek geslacht heeft, worden tussen de bamboe geklemd en naast het kampvuur geplaatst. Over de kip wrijft de kok een pittige dressing. We balen dat we onze fototoestellen, vanwege de natte aktiviteit, niet mee hebben kunnen nemen. Dit is een knap staaltje ‘outback kookkunst!’

Er wordt nog meer bamboe gekapt. Hiermee wordt een shelter gebouwd tegen de zon. Ook verdwijnt Erdih in een van de bananenbomen om even later terug te komen met flink wat bladeren. Waar zouden die voor zijn? Na drie kwartier wordt de lunch op de bananenbladeren geserveerd! Ieder groen ‘bord’ wordt gevuld met rijst, een pittige ketjap en de overheerlijke bbq kip. Die Mudih kan net zo goed koken als ‘gidsen’! Want ook als je kluiven ‘haat’, eet je je vingers op bij deze kip.

Na de lunch verdwijnen onze ‘borden’ op het kampvuur. Ook wordt de shelter afgebroken en opgestookt. Als het strandje weer netjes leeg is, vervolgen we, in onze autoband, de route door de rivier. We genieten allemaal enorm van de tocht. Wie je ook aankijkt, iedereen zit met een enorme grijs in zijn bandje. Om 15:00 uur is de eindbestemming bereikt. Of toch niet? Als we willen, kunnen we nog een extra uur verder naar het volgende dorp zegt Mudih. En hup, daar gaan we weer. Iedereen heeft wel zin om nog een extra uur te dobberen.

Uiteindelijk gaan we om 16:00 uur aan wal. Er wordt een ankot (mini-busje) aangehouden en de tubes worden op het dak gehesen. Omdat de ankot volzit, verdwijnen ‘de mannen’ ook op het dak. Spannend! Miriam en Narelle proppen zich bij de locals in de ankot. ‘We weten in ieder geval dat de jongens er nog zijn’ grappen ze. Het water druipt namelijk in straaltjes naar binnen.

Als we uiteindelijk, moe en voldaan, terugzijn in Bukit Lawang concluderen we ‘Bukit Lawang is leuk! Erg leuk!’