Als Gerard en Janna aangeven dat we best nog wat langer mogen blijven, is de beslissing snel gemaakt. We blijven graag nog een dag. Het is hier ontzettend leuk en gezellig. Op zondag gaan alle registers open en krijgen we de full notch VIP behandeling.
Allereerst worden we meegenomen naar het park in Lismore dat wordt onderhouden door de Lions Club. In dit stukje subtropisch bos ziet het letterlijk zwart van de “flying foxes”, grote vleermuizen. Niet van die kleintjes, nee, dit zijn zogenaamde mega-bads (een centimeter of 50 lang).
Hele trossen van de beesten hangen er aan de bomen. Ze hangen er net bij alsof ze een zwarte cape om zich hebben heengeslagen. En hoewel ze er eigenlijk best akelijk uitzien, weten we wel beter. Tijdens een nachelijke wildlife rondleiding op de camping in Sydney hebben we geleerd dat het hele lieve en intelligente beesten zijn.

Ze stammen, net als de mens, af van de aap. En ondanks dat er hier vele duizenden flying foxes in het bos zitten, worden ze met uitsterven bedreigd. Ze hebben echter een heel belangrijke functie. Ze bevruchten de eucalyptes bossen op een vergelijkbare manier als bijen de bloemetjes bevruchten. Er is geen vogeltje of insect wat deze taak van de ‘vliegende vosjes’ kan overnemen! We willen dus graag wat aan positieve marketing voor de beestjes doen!

Het programma gaat verder bij de carboot sale, een grote (rommel)markt. Hier worden de goederen uit de achterbak (boot) van de auto verkocht (natuurlijk heeft iedereen tegenwoordig gewoon een kraampje). Van antiek tot organic chutney, van kleding tot verse eieren, eettentjes, muziekjes, het is hier allemaal te vinden.

De markt vindt plaats in de parkeergarage van het winkelcentrum, dus mocht het vandaag weer regenen dan is dat niet erg. Een goede locatie blijkt later, want ook nu komt het zo af en toe met bakken uit de lucht.

Natuurlijk kan Jeroen de verleiding, om wat te kopen, niet weerstaan. Hij valt als een blok voor een zogenaamde “pocket trumpet”, een kleine mini trompet. De nationale parken zijn, komende weken, het bezoeken niet meer waard. Alle beestjes zullen massaal op de vlucht slaan bij het horen van de noeste pogingen om ‘Zak eens lekker door’ en ‘Heideroosje’ tot een goed en zuiver einde te brengen op het koperen instrumentje…

Na de rommelmarkt gaat onze trip verder. We rijden via een ‘scienic drive’ naar Byron Bay. Wederom weet Gerard een plek waar 1000-en vleermuizen hangen. Vanaf de weg hebben we een perfect uitzicht op de bomen die volhangen. Ongelooflijk wat een gaaf gezicht! Dit is wel even wat anders dan de vleermuisgrot in de dierentuin…

Byron Bay is een toeristische plaatsje wat bekend is vanwege de goede surf -en duikmogelijken. En vanwege het feit dat dit het meest oostelijke punt van Australië. We eten er een ijsje, schuilen er voor nog meer regen en laten ons fotograferen door Gerard op het meest oostelijke puntje.


Pas als het donker is komen we weer ‘thuis’, we zijn heel de dag onder de pannen geweest. Gerard stookt het haardvuur op en Janna kookt een, wederom niet te versmaden, potje.En gisteren zijn we dan, na drie nachten in het heerlijke bed met uitzicht op de kangaroes, vertrokken naar Brizzy (Brisbane). We krijgen nog twee grote zakken macademianoten in de handen gedrukt. Die hebben we eerder met z’n vieren gepeld en gesorteerd waarna ze door Janna zijn geroosterd in de oven.

Ook heeft ze voor ons een lunchpakketje gemaakt. ‘Dan hoeven jullie niet meteen naar de supermarkt te rijden’. Wat een schat!
Als we weggaan schrijven we nog snel een boodschap in het gastenboek. ‘Lieve Janna en Gerard, mochten jullie ooit door Eindhoven komen, wij hebben misschien geen Creek maar wel een vijver (koeiendrinkbak). En verder, altijd zichtbaar, een enorme slang… onze enige echte tuinslang! –> Dus komt dat zien, komt dat zien!’
